Als Suzie zich op een dag verveelt, hoort ze vanuit een lade in de kast een zielig stemmetje. ‘Help!’ roept een schaartje. Het schaartje is niet echt in nood, maar heeft zin om te knippen. Geen papier, karton of ander knutselspul, maar meisjesharen of misschien een stukje hondenvacht? Suzie twijfelt niet en gaat ijverig aan de slag. Knip, knip, knip… de haag van de buren, een stuk uit de broek van de politie-agent, een propvolle boodschappentas, … Eens het duo begint, zijn ze niet meer te stoppen.
Dit knotsgekke verhaal is een heerlijk onvoorspelbaar, maar bovenal erg grappig boek voor kleuters. Suzie en haar schaar gaan zo wild tekeer dat het verhaal nergens ‘stout’ voelt, maar wel dolkomisch en licht absurd. Dat laatste is zelfs jonge lezers meteen duidelijk en nodigt dan ook eerder uit tot schaterlachen dan imiteren.
De illustraties zijn expressief, wild en een tikje druk: ze passen zo ideaal bij het verhaal en de pure chaos die Suzie creëert. De tekst op rijm en de verpersoonlijking van de schaar maken ook van het voorlezen een fijne uitdaging.
Over Suzie verschenen intussen vier verhalen: naast de scharensaga is er ook ‘Suzie Ruzie en de stinkvinger’, ‘Suzie Ruzie in het diepe’ en ‘Suzie Ruzie gaat tekenen’.