Op een dag maken een jongetje en zijn beste vriend zich klaar voor een tochtje op zee. In hun gele kajak varen ze vrolijk en vol verwachting het avontuur tegemoet. Maar dan breekt er een storm los en valt de regen met bakken uit de lucht… Als ze vervolgens ook hun peddels kwijtraken, slaat de schrik hen om het hart, maar gelukkig komt hulp vaak uit een onverwachte hoek en schijnt aan elke einder weer de zon.
De prachtige en kleurrijke illustraties van de Britse Melissa Castrillon nemen je in een oogwenk mee voor een wervelend avontuur op zee. Niet alleen boven, maar ook onder de zeespiegel blijkt er een heleboel te beleven en te ontdekken. Heel erg mooi ook om te zien dat de dieren in het water geen gevaar vormen voor de gele kajak en zijn bemanning, maar er net alles aan doen om hen weer veilig thuis te brengen. Door het schattige en wellicht herkenbare hoofdpersonage is dit hartverwarmende verhaal vast al een voltreffer bij jonge kinderen.
Maar dit boek is naast de aantrekkelijke tekeningen ook meer… De tekst mag dan wel beperkt zijn en de zinnen verrassend kort, toch spelen de magisch mooie woorden beslist geen bijrol. Ze doen immers zoveel meer dan louter beschrijven wat in het boek te zien is. In zijn vertaling goochelt Edward van de Vendel met de meest poëtische woorden uit het onderwaterwoordenboek:
hij schrijft over wapperend zeewier, octopusgroetjes, ottergeplons en zalmenvertier en voor je het weet dein je – net als de gele kajak en zijn bemanning – mee op de golven van de zee, mee op het rijmende ritme van dit prachtige verhaal.