
Op 12 februari 1809 wordt Charles Darwin geboren in een familie van wetenschappers: zijn opa is een bekende plantenkenner en zijn vader is dokter. Ook de kleine Charles interesseert zich al vroeg voor dieren en planten. Als hij op 22-jarige leeftijd aan boord gaat van de Beagle, zal die reis zijn leven – en ook het wetenschappelijk denken – voorgoed veranderen. Onderweg, langs de kusten van Afrika, Amerika en Australië, bestudeert Darwin immers niet alleen een overvloed aan planten en dieren, maar ontwikkelt hij ook een compleet nieuwe theorie over hoe het leven op aarde in elkaar steekt…


Dit gele boekje vertelt in woord en beeld het leven van de Britse wetenschapper, maar legt ook complexe wetenschappelijke begrippen zoals evolutieleer en natuurlijke selectie bevattelijk uit. Concrete voorbeelden en duidelijke illustraties brengen de wetenschappelijke kennis tastbaar dichtbij. Wij zijn grote fan van de manier waarop deze reeks opnieuw fictie en non-fictie weet te combineren tot een interessant en tot de verbeelding sprekend verhaal. Dat kinderen zo quasi moeiteloos een baanbrekende wetenschapper leren kennen én onbewust oppikken dat vertrouwen op je eigen ideeën tot grootse dingen kan leiden is een niet te onderschatten plus.
