

Tussen met mutsen en sjaals ingepakte mensen die wolkjes uitblazen van de kou staat Flint, in blauwe short en groen t-shirt een ijsje te eten. Dat lijkt misschien gek, maar is prima te verklaren. Nog niet zo lang geleden verhuisde de jongen immers van de Noordpool naar een doodgewoon huis in een doodgewone straat. Door de klimaatverandering smolt de iglo waarin hij woonde als sneeuw voor de zon… en in een plasje kan je niet wonen. Hoewel Flint steeds meer kan wennen aan zijn nieuwe huis, is er toch iets wat hij mist: hij mist de kou, de Noordpoolkou.
“Die bevriest je tot op je botten.
Die kruipt onder je kleren (drie lagen!)
en trekt aan je vel.
Die laat je bibberen en beven.”

De winters vallen mee, maar de zomers vindt hij echt niks. De jongen duikt dan in een ijskarretje, kampeert in het vriesvak van de supermarkt naast de bevroren garnalen en zit zo lang mogelijk in een donkere grot. Kan hij nog een ander koud plekje te vinden? Helemaal voor hemzelf?
Met ‘Geef mij maar ijs!’ schreven Marieke Van Hooff en Isabelle Geeraerts een fijn boek voor beginnende lezers. Het verhaal over Flint voelt waar en echt en net dat is heel belangrijk voor wie leert lezen. In die eerste oefenfase betekent een fijn boek vaak een hele zoektocht: wat nieuwe lezers technisch kunnen, komt immers niet altijd overeen met wat inhoudelijk of cognitief bij hen past. Per pagina vind je bovendien een beperkte hoeveelheid tekst en grote mooie illustraties in zachte kleuren. Dat maakt dat het verhaal vlot leest – de illustraties ondersteunen ook het tekstbegrip van je nieuwe lezer – en dat je een oprecht mooi boek in handen hebt. De reden voor Flints verhuizing – de klimaatopwarming – is tot slot erg actueel en vormt zo een fijne uitnodiging voor een gesprek over het thema.

